Cutaway model of a 10,5 cm Pzgr. Patr. 32 Lh4 (10,5 cm Armour Piercing high explosive shell) as used in the 10,5 cm Sk C32 (10,5 cm Ship gun 32 ).
The projectile exists of a pointed steel body with a parabolic shaped chamber in the base which contains the explosive charge and the thread to receive the Bd.Z fur 10cm Pzgr. (Base fuze for the 10cm armour piercing shell). The nose of the projectile (down to top of explosive chamber) has been hardened.
A piercing cap is brassed to the top of the projectile. The purpose of the mild steel piercing cap is to devide the force of the impact on the target over the entire nose, so preventing the projectile from shattering upon impact. A ballistic cap is crimped over the piercing cap.
The drivingbands are of the FES type, meaning they are made of ferrite steel.
The explosive charge is packed in an aluminium bushing. The explosive charge is made of 196 grams Fp02 (TNT , yellow in cutaway model) with a cylindrical core of 42 grams NP10 (Nitropenta with 10% wax, pink in cutaway model). The complete charge weighs 260 grams.
A glass dome is glued to the top of the charge. This is done to enshure the heat generated on impact is isolated from the explosive charge and so prevent a premature detonation.
The fuze used is the Bd.Z fur 10 cm Pzgr. (Base fuze for the 10cm Armour piercing shell). The fuze is steel made with a stepped hole in top. The lower part of this hole houses the steel firing cap housing. Above this, an aluminium ring is placed with six centrifugal safety weights on pivots, held in inward position by a circular brass leaf spring. In inward position these centrifugal safety weights prevent te firing cap housing from moving forward. The upper housing is screwed into the top of the fuze body, the firing pin screwed in its base -facing downward-, the gas collection chamber -with a brass screwed in cap in top with a 0.15 mm flame hole in center-. Four 1,5 mm dia. holes drilled at 90 degr. each around the firing pin enable the flame of the firing cap to fill the delay chamber. The upper part of the housing has a smaller thread to receive the aluminium- detonator P3.
After firing , the centrifugal safety weights are thrown outward, enabeling the firing cap housing to move forward into the firing pin riding the creep spring- upon impact. The flame of the firing cap passes the four holes into the gas collection chamber, where it has to build up pressure to pass the small (0,15 mm dia) hole into the detonator. The time lapse between ignition of the firing cap and the ignition of detonator P3 is the time the projectile needs to pierce the enemy armour before exploding.
A threaded hole in the base is used to receive the tracer element No.4.
Length of the shellcase : 655 mm.
Length of complete cartridge : 1010 mm
Length of projectile : 400 mm
No further info about the Vo and the armour piercing capability is available to me so I hope someone can help me on this info so I can complete the posting.
Regards DJH
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Doorsnede model van een 10,5 cm Pzgr. Patr. 32 Lh4 (10,5 cm pantserbrisantgranaat) voor het 10.5 cm Sk. C32 (scheepskanon C32).
Het projectiel is puntig met een vlakke bodem. Een parabolisch gat in de bodem vormt de ruimte voor de springlading. De onderzijde van dit gat is van draad voorzien om de Bdz. Fur 10 cm Pzgr. (bodembuis voor 10 cm Pantserbrisantgranaat) op te nemen. De neus van het projectiel is gehard van de punt tot plm. De bovenzijde van de ruimte voor de springlading.
Een indringingskap is op de bovenkant van het projectiel gesoldeerd. Het doel van de (zacht) stalen indringingskap is er voor te zorgen dat de klap van de inslag op het doel over de gehele neus wordt verdeeld zodat de geharde neus niet scheurt of breekt. Tevens zorgt de indringingskap ervoor dat het projectiel niet afketst als het doel onder een ongunstige hoek wordt getroffen.. Bovenop de indringinskap is de ballistische kap geplaatst ; deze zorgt er voor dat de luchtweerstand van het projectiel zo klein mogelijk blijft.
De explosieve lading is verpakt in een aluminium bus. De explosieve lading bestaat uit 196 gram Fp02 (TNT, geel in de doorsnede), met een cylindervormige 42 gram zware slagversterker bestaande uit Np10 (Nitropenta met 10 % was, roze in de doorsnede) die bovenop de detonator is geplaatst. De complete verpakte lading weegt 260 gram. Bovenop de verpakte lading is een halve bol aangebracht, bestaande uit bakeliet of glas. Deze kap dient als isolator; zodat bij inslag op het doel gegenereerde warmte niet de springlading vroegtijdig ontsteekt.
De gebruikte ontsteker is de Bdz. Fur 10 cm Pzgr. (bodembuis voor 10 cm Pantserbrisantgranaat). Het ontstekerlichaam is geheel uit staal gemaakt met in de boven en onderzijde een draadgat. Het bovenste gat is getrapt naar beneden toe. In het onderste deel van dit gat is de stalen slaghoedhouder geplaatst. Hierboven is een aluminium ring geplaatst waarop de centrifugale veiligheidsblokjes op asjes zijn geplaatst. Deze blokjes worden door een rondgaande wekkerveer in een inwaarts gedraaide stand gehouden waardoor de slaghoedhouder niet naar voren kan bewegen. Een veer zorgt er voor dat het de slaghoedhouder in gewapende stand niet naar voren kruipt. Het bovendeel van de ontsteker wordt in het ontstekerlichaam geschroefd. In dit bovendeel zit de vaste slagpin (omlaag gericht) geschroefd, de gasverzamelkamer en een in de bovenkant geschroefde messing dekseltje in de met een 0,15 mm dia. gaatje dat naar de detonator leidt. Vier gaatjes van 1,5 mm diameter zijn rondom de slagpen geboord (op 90 graden ieder) en zorgen ervoor dat de vlam van het slaghoed ongehinderd de gasverzamelkamer kan bereiken. De bovenzijde van het bovendeel van de ontsteker heeft draad aan de buitenzijde waarop de aluminium detonator P3 zit geschroefd.
Na het afvuren slingert de middelpuntvliegende kracht de centrifugale veiligheidsblokjes naar buiten de wekkerveer open buigend)- en geeft daarmee de slaghoedhouder vrij. Bij inslag slaat de slaghoedhouder tegen de veer in- naar voren in de slagpin. De vlam reist door de vier vlamgaten in de gasverzamelkamer tot de druk hoog genoeg is om door het kleine centrale gat in de messing deksel in de detonator geperst te worden. De tijd die verloopt tussen de inslag en het exploderen van de detonator is de vertraging die het projectiel nodig heeft om door het vijandelijke pantser heen te dringen alvorens te exploderen.
In het draadgat in de bodem van de ontsteker is lichtspoorelement No.4 aangebracht.
Hulslengte : 655 mm
Patroonlengte : 1010 mm
Lengte projectiel : 400 mm
Ik heb geen verdere informatie over deze patroon wat betreft de Vo en het doorborend vermogen. Eenieder die info heeft zou ik willen verzoeken deze aan mij op te sturen zodat ik het artikel kan afmaken.
Groeten DJH
The projectile exists of a pointed steel body with a parabolic shaped chamber in the base which contains the explosive charge and the thread to receive the Bd.Z fur 10cm Pzgr. (Base fuze for the 10cm armour piercing shell). The nose of the projectile (down to top of explosive chamber) has been hardened.
A piercing cap is brassed to the top of the projectile. The purpose of the mild steel piercing cap is to devide the force of the impact on the target over the entire nose, so preventing the projectile from shattering upon impact. A ballistic cap is crimped over the piercing cap.
The drivingbands are of the FES type, meaning they are made of ferrite steel.
The explosive charge is packed in an aluminium bushing. The explosive charge is made of 196 grams Fp02 (TNT , yellow in cutaway model) with a cylindrical core of 42 grams NP10 (Nitropenta with 10% wax, pink in cutaway model). The complete charge weighs 260 grams.
A glass dome is glued to the top of the charge. This is done to enshure the heat generated on impact is isolated from the explosive charge and so prevent a premature detonation.
The fuze used is the Bd.Z fur 10 cm Pzgr. (Base fuze for the 10cm Armour piercing shell). The fuze is steel made with a stepped hole in top. The lower part of this hole houses the steel firing cap housing. Above this, an aluminium ring is placed with six centrifugal safety weights on pivots, held in inward position by a circular brass leaf spring. In inward position these centrifugal safety weights prevent te firing cap housing from moving forward. The upper housing is screwed into the top of the fuze body, the firing pin screwed in its base -facing downward-, the gas collection chamber -with a brass screwed in cap in top with a 0.15 mm flame hole in center-. Four 1,5 mm dia. holes drilled at 90 degr. each around the firing pin enable the flame of the firing cap to fill the delay chamber. The upper part of the housing has a smaller thread to receive the aluminium- detonator P3.
After firing , the centrifugal safety weights are thrown outward, enabeling the firing cap housing to move forward into the firing pin riding the creep spring- upon impact. The flame of the firing cap passes the four holes into the gas collection chamber, where it has to build up pressure to pass the small (0,15 mm dia) hole into the detonator. The time lapse between ignition of the firing cap and the ignition of detonator P3 is the time the projectile needs to pierce the enemy armour before exploding.
A threaded hole in the base is used to receive the tracer element No.4.
Length of the shellcase : 655 mm.
Length of complete cartridge : 1010 mm
Length of projectile : 400 mm
No further info about the Vo and the armour piercing capability is available to me so I hope someone can help me on this info so I can complete the posting.
Regards DJH
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Doorsnede model van een 10,5 cm Pzgr. Patr. 32 Lh4 (10,5 cm pantserbrisantgranaat) voor het 10.5 cm Sk. C32 (scheepskanon C32).
Het projectiel is puntig met een vlakke bodem. Een parabolisch gat in de bodem vormt de ruimte voor de springlading. De onderzijde van dit gat is van draad voorzien om de Bdz. Fur 10 cm Pzgr. (bodembuis voor 10 cm Pantserbrisantgranaat) op te nemen. De neus van het projectiel is gehard van de punt tot plm. De bovenzijde van de ruimte voor de springlading.
Een indringingskap is op de bovenkant van het projectiel gesoldeerd. Het doel van de (zacht) stalen indringingskap is er voor te zorgen dat de klap van de inslag op het doel over de gehele neus wordt verdeeld zodat de geharde neus niet scheurt of breekt. Tevens zorgt de indringingskap ervoor dat het projectiel niet afketst als het doel onder een ongunstige hoek wordt getroffen.. Bovenop de indringinskap is de ballistische kap geplaatst ; deze zorgt er voor dat de luchtweerstand van het projectiel zo klein mogelijk blijft.
De explosieve lading is verpakt in een aluminium bus. De explosieve lading bestaat uit 196 gram Fp02 (TNT, geel in de doorsnede), met een cylindervormige 42 gram zware slagversterker bestaande uit Np10 (Nitropenta met 10 % was, roze in de doorsnede) die bovenop de detonator is geplaatst. De complete verpakte lading weegt 260 gram. Bovenop de verpakte lading is een halve bol aangebracht, bestaande uit bakeliet of glas. Deze kap dient als isolator; zodat bij inslag op het doel gegenereerde warmte niet de springlading vroegtijdig ontsteekt.
De gebruikte ontsteker is de Bdz. Fur 10 cm Pzgr. (bodembuis voor 10 cm Pantserbrisantgranaat). Het ontstekerlichaam is geheel uit staal gemaakt met in de boven en onderzijde een draadgat. Het bovenste gat is getrapt naar beneden toe. In het onderste deel van dit gat is de stalen slaghoedhouder geplaatst. Hierboven is een aluminium ring geplaatst waarop de centrifugale veiligheidsblokjes op asjes zijn geplaatst. Deze blokjes worden door een rondgaande wekkerveer in een inwaarts gedraaide stand gehouden waardoor de slaghoedhouder niet naar voren kan bewegen. Een veer zorgt er voor dat het de slaghoedhouder in gewapende stand niet naar voren kruipt. Het bovendeel van de ontsteker wordt in het ontstekerlichaam geschroefd. In dit bovendeel zit de vaste slagpin (omlaag gericht) geschroefd, de gasverzamelkamer en een in de bovenkant geschroefde messing dekseltje in de met een 0,15 mm dia. gaatje dat naar de detonator leidt. Vier gaatjes van 1,5 mm diameter zijn rondom de slagpen geboord (op 90 graden ieder) en zorgen ervoor dat de vlam van het slaghoed ongehinderd de gasverzamelkamer kan bereiken. De bovenzijde van het bovendeel van de ontsteker heeft draad aan de buitenzijde waarop de aluminium detonator P3 zit geschroefd.
Na het afvuren slingert de middelpuntvliegende kracht de centrifugale veiligheidsblokjes naar buiten de wekkerveer open buigend)- en geeft daarmee de slaghoedhouder vrij. Bij inslag slaat de slaghoedhouder tegen de veer in- naar voren in de slagpin. De vlam reist door de vier vlamgaten in de gasverzamelkamer tot de druk hoog genoeg is om door het kleine centrale gat in de messing deksel in de detonator geperst te worden. De tijd die verloopt tussen de inslag en het exploderen van de detonator is de vertraging die het projectiel nodig heeft om door het vijandelijke pantser heen te dringen alvorens te exploderen.
In het draadgat in de bodem van de ontsteker is lichtspoorelement No.4 aangebracht.
Hulslengte : 655 mm
Patroonlengte : 1010 mm
Lengte projectiel : 400 mm
Ik heb geen verdere informatie over deze patroon wat betreft de Vo en het doorborend vermogen. Eenieder die info heeft zou ik willen verzoeken deze aan mij op te sturen zodat ik het artikel kan afmaken.
Groeten DJH
